12-10-2017, ONE | Op de Internationale dag van het Meisje, toont de Index van ONE dat negen van de top tien landen, waar het voor meisjes het moeilijkste is om onderwijs te krijgen, fragiele staten in Afrika zijn. Het slechtste af zijn meisjes in Zuid-Soedan, gevolgd door de Centraal-Afrikaanse Republiek en Niger.

De baanbrekende Index laat ook de verschillende barrières zien die meisjes tegenkomen in het recht op onderwijs. In Zuid-Sudan gaat bijvoorbeeld 73% van de meisjes niet naar de basisschool en in de Centraal-Afrikaanse Republiek is er maar 1 docent per 80 leerlingen.

Alice Albright, de CEO van het Global Partnership for Education, een internationaal fonds dat onderwijs in ontwikkelingslanden ondersteunt, spreekt op de Internationale dag van het Meisje over de crisis in onderwijsfinanciering met de Tweede Kamercommissie voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking.

Rinze Broekema van ONE in Nederland zegt: “Meer dan 130 miljoen meisjes gaan nog steeds niet naar school – waardoor we 130 miljoen potentiële ingenieurs, ondernemers en politieke leiders mislopen. Dit is een wereldwijde crisis die armoede verergert. In veel landen in Afrika gaan vandaag miljoenen meisjes niet naar school, anderen moeten lange afstanden afleggen, vaak onder gevaarlijke omstandigheden, om hun school te bereiken. Andere meisjes vinden lege klaslokalen, zonder docenten, boeken of ander lesmateriaal. Dit draait niet alleen maar om meer meisjes naar school te krijgen – het gaat ook over meisjes die opgroeien tot vrouwen en hun potentieel kunnen bereiken.”

De Index gebruikt 11 factoren die vertegenwoordigen in welke mate meisjes onderwijs afmaken, geletterdheid onder vrouwen en leerling-leraar ratio. Landen zoals Somalië en Syrië komen niet in de Index voor omdat er onvoldoende data beschikbaar is.

Bron: ONE

Download het rapport